zondag 20 oktober 2013

Schimmen


Schimmen

Je kijkt me aan en weer zie ik die wilde blik. De schimmen in je hoofd zijn wederom aanwezig.
Ze laten je niet met rust... dag en nacht... ben je rusteloos als opgejaagd wild.
‘Zie jij ze dan niet’, vraag je me wanhopig.

- Ergens daar in de diepte verscholen, achter die doffe ogen zit de persoon die ik nog vaag herken.
De vrolijke, zorgeloze, standvastige... maar vooral slimme...
en even slaat bij mij de twijfel toe.
Jouw schimmen ... je weet ze zó duidelijk te omschrijven dat ik ze bijna aan kan raken.

Eindeloze gesprekken hebben we gevoerd om elkaar te overtuigen van ons gelijk.
Maar wat is gelijk in deze... jouw schimmen... ik wil ze niet kennen.
Ondanks mijn verwoede pogingen kan ik jou niet redden uit die poel van ellende en waanzin, en moet ik er voor waken dat je mij niet meesleurt.- 

Je kijkt plots met afgrijzen langs me heen en ik voel een rilling over mijn rug.
'Zie je ze dan echt niet?' vraag je me nu bijna smekend.
Moet ik meegaan in jouw waan ... alleen maar om jouw gevoel van eenzaamheid weg te nemen?
'Nee... echt niet', hoor ik mezelf zeggen.

En terwijl ik de woorden zo overtuigend uit mijn mond hoor komen, voel ik me een verrader.
Je blik veranderd van verdrietig in apathisch, -ik weet niet wat ik erger vindt ... je zakt weer weg in die grenzeloze, voor mij onbereikbare diepte en weigert nog langer met mij te spreken.

Wanneer ik naar de deur loop ben je voor héél even terug, je kijkt me weer aan met die panische en smekende blik... 'echt niet?'
Nee, écht niet!!!
De zware deur slaat dicht en terwijl de sleutel de deur op slot draait, hoor ik je gillen.

En wéér slaat de twijfel toe......... Stel?

© Ingrid Punt 2010


Geen opmerkingen:

Een reactie posten